Dag 7 Inor 80 km 35 graden

Wat een dag! Wat een hitte! Wat een pech en gedoe.....  Al lijkt het onder de esdoorn waarop ik lig dat al het leed alweer geleden is. Manlief werkt nog aan de restanten van het leed en ik doe mijn best om koel te blijven. 
Laat ik bij het begin beginnen. We hadden de wekker gezet om half 6. Toch wat eerder dan gisteren. Te vroeg is ook niet handig, want dan is er nergens een winkel open. Vannacht was het best nog wel fris, want we hebben zelfs onder een slaapzak geslapen uit eindelijk. Gisteravond begon de paniek. Manlief kon nergens zijn fietsbroek vinden. We leggen altijd zoveel mogelijk de spullen klaar, zodat we de volgende morgen niet mis grijpen. Zeker als er sprake is van enige tijdsdruk. Hoe hij ook zocht,  fietsbroek foetsie. En toch was hij echt in zijn fietsbroek gekomen. Enige mogelijkheid was nog dat hij hem had laten hangen in het toiletgebouw. Hoewel Manlief altijd uiterst precies is, is dit wel zijn zwakke punt. Na de vakantie missen we altijd tandenborstels, shampoo zeep kammen... Tegenwoordig druk ik op vakantie de tandenborstel met pasta zelf in zijn mond en haal hem er weer uit als hij klaar is. Hij laat hem dan nergens liggen. Maar een fietsbroek. Uiteindelijk vond hij de broek in een douche op de grond en helemaal nat. Hij heeft hem gespoeld en uitgeknepen in de hoop dat deze vanmorgen droog zou zijn. Helaas broek was nog nat en met de helm in de fietsbroek en Manlief in zijn korte broek,  zijn we vanmorgen om 6.15 uur vertrokken. 
We gingen door de nu stille en frisse stad en zagen toen pas hoe mooi Charleville Mézières was. Maar het was gisteren echt te warm. Na een tijdje merken we dat we het water vergeten zijn. Wel een ding op zo’n hete dag. De winkel in Sedan was niet op 28 km maar op 34 km. Een warme tegenvaller. Dan merk je pas weer hoeveel tijd boodschappen doen kost. Als je dan de avond ervoor de boodschappen doet, dan kun je ook voor 10 uur fikse kilometers maken. Gepakt en beladen met 2 kilo appels en 7 bananen vanuit de To Good To Go hoek voor maar  2 euro en 2 broden en een liter bak yoghurt en niet te vergeten water zitten we op de fiets op zoek naar een bankje. We moeten ook  nog ontbijten en na de uren fietsen heb we inmiddels een stevige trek. 
Rond 10.15 uur zitten we weer op de fiets en zijn 40 km onderweg. Nog 20 te gaan toch? Dat blijkt een illusie. Laat nu net op de warmste dag van het jaar de route niet helemaal kloppen en blijkt de route van ongeveer 62 km uit te lopen richting de 80. Een gedoe. Bovendien blijkt de vlakke Maasroute vandaag allerlei fikse kuitenbijters te hebben. Als ik begin te merken dat de route veeeeel meer dan 62 km blijkt te zijn en ik na de zoveelste kuitenbijter op knappen sta, moeten we van  Manlief een pauze. Als ik dan mopper en niet wil stoppen en niet wil eten weet hij wel hoe laat het is en moet ik onder zijn toeziend oog bananen eten. Wel 3 wel te verstaan. Na een kwartier trek ik bij. We stappen weer op voor de volgende kuitenbijter. Dan blijkt Manlief(gelukkig Manlief, want anders kreeg ik een preek van door glas rijden en zo en niet uitkijken) een lekke band. En ook nog de achterband.  Ik bemoei me maar niet met dit leed en krijg de taak om op dopjes, schroefjes te passen. Zittende op de tentzak, alles moet immers van de fiets, bewonder ik de technische kunsten van Manlief. Ik mag niets doen, want ik mag absoluut de dopjes niet kwijt raken. Blijkt onze fietspomp het ook niet meer goed te doen. Volgens mij hebben we deze ook al jaren. En ik kan me  niet heugen dat we deze hebben gebruikt. Ik kan me bovendien niet herinneren wanneer we voor het laatst een lekke band hebben gehad. Dus het gemopper dat we altijd pech hebben lijkt me iets overdreven procentueel gezien. Na een half uur zit de nieuwe band, die Manlief uiteraard nog bij zich had, op het wiel en rijden we weer. We dachten rond 12 uur op de camping te zijn. Dat is een te ambitieus plan. Na nog een fiks aantal kuitenbijters rijden we om 14.00 uur het nostalgische camping terrein op. Receptie is niet open, maar de poetsvrouw beduidt dat we de tent overal op mogen zetten. We zoeken een plek, met de grote esdoorn en zijn buurvrouw de lindeboom, uit. Ik haast me naar de douche met de zonnejurk. De fietsbroek staat stijf uit van het zout. De, in andere tijden zeer gewaardeerde hete douche, is iets te veel van het goede. Amechtig van de hitte strompel ik onder de douche vandaan en sleep me zelf  naar de lindeboom. Samen komen we tot de conclusie  dat de camping prachtig is. Jaren 40 stijl. Je hoeft er niets meer voor te doen. Maar ook bij het navenante jaren 40  sanitair  missen we moderne gemakken zoals daar zijn: warm afwas water en elektriciteit. Over WiFi hebben we het maar niet, Dus geen stopcontacten. Helemaal niets.  Manlief vindt zoals gewoonlijk ergens bij een hokje bij de receptie, waar we niemand zien, zowaar 1 stopcontact. Samen met onze zonneoplader moeten we het hiermee doen.
Vanaf  het kleed onder de lindeboom bezie ik hoe Manlief verbeten de lekke band plakt op 3 plaatsen en de verhalen aan hoor over het nut en belang van altijd reservebanden, nieuwe lijmtubes. Eerlijkheid gebied me te zeggen dat ik dit een noodgeval vind. Als ik alleen was belde ik 112. Deze hitte en dan een bandplakken..... het is wel goed.
Als we ons helemaal geïnstalleerd hebben arriveert de zonderling met witte sokken en het witte overhemd uit Maastricht ook de camping. Geïnteresseerd begint  Manlief een praatje. Maar de “zonderling” heeft geen behoefte aan een praatje. Hij wil net als ik, maar 1 ding: een koude douche. Maar helaas deze nostalgische camping heeft alleen hete douches! Kan er ook nog wel bij, zie je hem denken!

Hier de link naar de film

https://youtu.be/5Nzb3z_48ps











Reacties