Weer: stralende zon met een lekker windje van zee, 32 graden
km: bijna 100
Diner: pasta met tonijn en spinazie uit blik met een mais salade
Camping: 20 euro
Daarna wordt het rustiger, maar om de badplaatsen heen is het erg druk. Er rijden gratis bussen van uit de dorpjes, stadjes om de mensen naar het strand te brengen. Dat scheelt natuurlijk veel auto’s. We fietsen van badplaats naar badplaats. En daartussen liggen dennenbossen. Eindeloos lang. De 100 km die we hebben gemaakt, gaan alleen door bossen. En zeker voor 90% op fietspaden.
We gaan de dorpjes niet in. Ze zijn allemaal hetzelfde, souvenierswinkeltjes en tentjes om te eten. We kopen geen souveniers, ons huis is al vol. En we eten ook niet buiten de deur. Er is alleen eten, wat we eigenlijk niet willen. Dus waarom zou je dan het dorp ingaan? Kost alleen veel tijd.
Rond een uur of 14.00 uur houden we het voor gezien. Mijn teller staat dan op 60. Eigenlijk wat weinig nog. Dat blijkt een foutje, want die van Manlief heeft bijna 70, af en toe doet de teller het niet goed.
Er is een camping en deze is nog open. Vaak sluiten ze tussen de middag. We hebben geluk, want anders moet je soms zomaar 2 uur wachten. Maar we zien dat deze camping €60, kost. Dit vonden we voor een kleine plaats die wij nodig hebben te veel. We besluiten om ergens onze grapefruit maar ergens te gaan nuttigen. We gaan een badplaatsje in. Wat een drukte. Manlief heeft daar last van, maar ook last van het feit om de fietsen er onbeheerd te laten staan. Maar ook aan het strand zitten is niet zijn hobby. De temperatuur ligt in de badplaats bij de stalling van de fietsen ruim boven de dertig. We besluiten om toch maar even naar zee te gaan. Wat is dat dan een teleurstelling. Wel water, maar niet kunnen zwemmen. De golven zijn veel te hoog. Iets meer dan wat te lopen op het strand en wat met je tenen in zee is niet mogelijk. Of je moet willen surfen. Ik denk steeds aan de golven bij Texel. Je kunt daar zo heerlijk zwemmen. Maar hier is dat anders. Manlief die niet van strand houdt en water waarin je niet kunt zwemmen vind ik vreselijk. We besluiten om het een paar dagen aan te kijken. En dan misschien maar het binnenland in de Jakobsrpute terug fietsen. Dat is een andere route dan die we gedaan hebben. Deze komt ook uit op Tour aan de Loire. Maar elke dag alleen door bos fietsen zoals vandaag is ook niet wat.
Rond half zes komen we langs een camping municipal. Het ziet er schitterend uit. Een prachtig zwembad en een bijzonder mooie receptie. Tot onze verbazing kost de plek maar 20 euro. Omdat we Velogangers zijn krijgen we korting. We zeggen gelijk ja. De teller staat bijna nu op 100 km. Ik vind het genoeg. Eigenlijk moeten we nog naar een winkel. We besluiten maar te eten was de campingwinkel biedt. Deze biedt pizza ect. Uiteindelijk wordt het pasta met spinazie en linzen, met een mais salade. Volgens Popay de Sailormen word je er sterk van. Dat hebben we nu wel nodig. Want hoewel de route bekend staat als vlak, waren er nog wel heftige klimmentjes in. Ik koop ook een stokbrood met granen. Deze eten we bij de tent in een keer op. Vervolgens gaan we nog een uurtje zwemmen in het prachtige bad. Het eten loopt nog niet weg. Al kan dat snel met deze temperaturen.
Reacties
Een reactie posten