31/7 van Orolon St Marie naar St Jean Pied de Port

Weer: bewolkt af en toe een glimpje zon
Km: 72
Diner:?
Camping: €11,00

We zijn aangekomen in St Jean Pied de Port. Gelukkig was het bewolkt, zodat de warmte meeviel. Het was een dag waar we wel een beetje tegenop zagen. De Col en de laatste etappe voor St Jean.  De wekker hadden we weer om 5.30 uur gezet. Het was nog echt pikkedonker toen we op stonden. Gelukkig dat deze camping veel lichten had en wij natuurlijk onze hoofdlampen. We zijn zo langzamerhand super ingespeeld op elkaar. Dus de tent zat met een 20 minuten op de fiets. Ook hier was weer een feesttent met picknicktafels. Onder het licht van een lantaarnpaal hebben het ontbijt klaar gemaakt en genuttigd en om 6.45 uur zaten we op de fiets. De eerste  20 km was een eitje. Gelukkig was nog ergens een bakker met brood. Ze vroeg waar we heen gingen en we moesten voor de winkel poseren, terwijl zij een foto maakte.. De hele etalage was gewijd aan de Camino. 
De pap in de benen was weg n de pasta en flinke hoeveelheden brood en zo peddelden we richting de Col. Het eerste stuk was een landbouwgebied. Je waande je bijna in Drente. Velden met mais en aardappelen. Dat bleken achteraf een bonensoep te zijn, maar vanaf de straat leken het aardappels. Het dorp waar de Col begon was al een ware happening. Veel geklim. Ik zwete al als een otte. Na het dorp stond een bord met de kilometers en de steigingsprecentages. Het routeboekje gaf wat meer aan dan de bordjes. Het was niet helemaal zo, dat men het meest lijdt door het lijden dat men vreest, maar het viel mee. Flink bezweet, maar niet helemaal genekt, kwamen we boven. Daar moest natuurlijk een statieportert worden gemaakt om dit heugelijke gebeuren te vieren. De route zag er uit als een bergtour. Erg groen glooiend en klimmend. Veel weiden met koeien met bellen, af en toe bos. Vanaf dat moment moesten we nog 35 km tot aan St Jean Pied de Porte. Nog vier klimmetjes, waarvan 1 van 7% van 2 km, haast zwaarder dan de Col en de contouren van St Jean kwamen inzicht. Hier hadden we nu alle die dagen naar uitgekeken. Eenmaal aangekomen overviel ons de drukte. En niemand stond klaar met applaus en gladiolen. Een beetje een koude kermis. 
Manlief was wel erg trots. Hij bedacht, gefietst tot Roermond, gelopen tot aan Maastricht, gefietst tot Never en St Jean Pied de Port en gelopen naar Muxia. En inderdaad, als je het zo bekijkt hebben we de hele route nu afgelegd. Toch een hele tocht. Nooit aangedacht toen we in 2007 begonnen met het rondje Nederland, dat dit het begin zo’n zijn van de Camino. Nog nooit van gehoord zelfs. 
Een van onze volgende plannen is om het Pieterpad in een keer te lopen. Met een tent. Dat moet in 20 tot 24 dagen kunnen. We willen dan wel een loopkar, want alles op de rug is wel een heel gedoe. En met b en b zit je zo vast aan de stopplaatsen.
Om 14.00 uur waren we op de camping. Helaas was deze nog gesloten tot 15.00 uur. We waren maar zo vrij om alvast een plaatsje uit te zoeken. Dat bleek ook de bedoeling te zijn, hoorden we achteraf. De.Col en het andere klimmetje had ons aardig uitgeput. Ik heb me gelijk gedouched. Ik was de pikkerig om aan te pakken. Manlief at een half stokbord en viel met het stokbrood nog in de mond pardoes in slaap. Geeft wel te denken. Ik trouwens in de middag op een terras. Het is de combinatie van hitte en inspanning. 
Nadat ook Manlief zich had gedouched gaan we het dorpje in. De camping is dicht bij de brig en de port die zo bepalend is voor het begin van de route. We gaan eerst kijken bij de bakker, waar we altijd het brood haalden. Pech, deze  was gesloten. Had nog middagrust. Vervolgens alle winkels met Baskisch linnen bekeken. Manlief glom van oor tot oor. Ondanks met smeken en zeuren op wat lapjes van het prachtige linnen in de meets schitterende kleuren, kwamen we toch tot de conclusie dat meenemen geen optie is. Te zwaar. Jammer.
Vervolgens lopen we de brug over en de straat in omhoog naar de herberg. Er zijn meer herbergen bij gekomen zien we wel, en nog niet alles is vol. Bij L’Esprite du Chemin aan gekomen, is de geest van de herberg toch weg. Het is niet onze herberg meer. We kunnen ook niet naar binnen, want niemand kent ons. We halen een stempel bij het Pelgrimsbureau. Ook daar geen bekenden en we zijn 2 van 300000 pelgrims. Is natuurlijk ook niet zo bijzonder. Ook hier geen bloemen, Een stempel en we staan weer buiten. We besluiten om toch morgen weer verder te gaan. Wat moet je hier doen. Het is zo vol met touristen. We besluiten om naar de Touristoffice te gaan. Vragen hoe het zit met de trein. Een tegenvaller. De trein rijdt niet. Er is een bus. En daar kunnen geen fietsen in mee. Pech. We hadden ons morgen een rustdag beloofd. Dat wordt dus toch een fietsdag. Maar wat voor een? We weten het niet. De route stopt en de andere vangt aan in Bayonne. Er is drukke weg van 50 km een een rustige weg van 56 km. Maar dat zegt niets. Het gaat ook om de hoogte. Manlief stippelt op een terrasje een route uit. Ik doe niet mee. Mijn datalimiet is bereikt. Ik val pardoes in slaap.














Reacties